Hoe tuinrozen verzorgen

Tegenwoordig is het moeilijk om je een bloemist voor te stellen die geen tuinrozen in zijn huis of tuin zou willen hebben. De enorme verscheidenheid aan vormen, kleuren, bloemstructuur, geuren en bloeiduur laat niemand onverschillig.

Hoewel de 2000 soorten rozen die tegenwoordig verkrijgbaar zijn, zijn onderverdeeld in groepen: floribunda, theehybride, rambler, bodembedekker, grandiflora, miniatuur, bush, claymores en andere, is de plant- en verzorgingstechniek in veel opzichten hetzelfde. En om een tuinroos op haar best te laten presteren, heeft ze de juiste verzorging nodig.

Het kiezen van de juiste locatie, de juiste grond en de juiste beplanting

Rozen stellen hoge eisen aan licht en warmte, dus kies een voldoende open, zonnige standplaats die niet voortdurend door koude wind wordt omvergeblazen. Een bescherming kan bestaan uit de muren van verschillende gebouwen, hekken, pergola’s, pergola’s, maar ook uit vrij dichte aanplantingen van struiken of kleine bomen.

U moet ookZorg ervoor dat het water op de te beplanten plaats op geen enkel moment van het jaar stagneert: niet tijdens het smelten van de sneeuw, noch tijdens overstromingen of langdurige regenval. Dit doodt de struiken snel.

Het grondwater in het geselecteerde gebied moet zich op een diepte van 1 tot 1,5 meter bevinden. Maak bij hoger grondwater hoge bedden of installeer een drainagesysteem vanuit greppels.

Meestal moet de lengte van de scheuten ten minste drie tot vijf centimeter zijn,De diepte en breedte van het plantgat moeten variëren tussen 0,4 en 0,6 m, Afhankelijk van de grootte van het wortelstelsel van de zaailing of de kluit voor containerplanten.

Voor het planten(Na ongeveer een maand) wordt de grond omgewoeld met verschillende meststoffen (minerale en organische), die gelijkmatig over het oppervlak worden verspreid. Meestal worden hiervoor volledig ontbonden turf of humus, zand, superfosfaat, as en beendermeel gebruikt. Afhankelijk van de zuurgraad (pH) van de grond wordt kalk aangebracht.

De wortels van de zaailingen moeten ook worden voorbereid voor het planten. Ze worden zorgvuldig gecontroleerd, gebroken, gedroogd en ingekort tot 35-45 cm.

Vervolgens wordt het wortelstelsel van de zaailing ondergedompeld in heteroauxine (een stimulans voor wortelvorming) en gedurende 12 tot 24 uur achtergelaten. Planten in bakken moeten een dag voor het planten royaal water krijgen.

Bij het planten van rozen moet erop worden gelet dat de worteluiteinden niet worden gebogen, maar gelijkmatig over het volume van de kuil worden verdeeld. Bedek het plantgat met goede tuinaarde of een mengsel van graszoden, zand (riviergrond) en turfcompost (1:0,3:1).

Containerrozen worden gewoon uit hun pot gehaald, in het gat gezet en bedekt met aarde. Als de wortels op de bodem van de container echter sterk gedraaid zijn en de kluit meerdere malen in een cirkel verstrikken, moeten ze worden rechtgetrokken, een beetje worden bijgesneden en dan pas worden uitgeplant.

Plaats de zaailingen bij het planten zo dat het wortelkanaal van de struik 3 tot 5 cm diep is. En dit na het besproeien en bemesten van de afgebroken grond…

De beste tijd om te planten is de herfst(van 10-15 september tot 15 oktober), vooral in de zuidelijke regio’s. In het gebied rond Amsterdam, de middelste gordel van ons land, moeten rozen worden geplant in het voorjaar (eind april – begin mei).

Na het water geven wordt het gebied rond de struik bedekt met een laag turfgrond of verteerde bladmulch.

Bij het planten kan de afstand tussen polyanthus, theehybride rozen variëren van 25-30-40 cm en tussen rijen van 55-70 cm. Hetzelfde geldt voor floribundarozen.

Dwerghybriden en patiorozen kunnen om de 15 à 20 cm geplant worden, en er moet altijd minstens 40 cm tussen de rijen zitten. De afstand tussen de klimrozen kan variëren van 0,8 tot 1 meter.

Zorg

In het eerste jaarBegin met het vormgeven van de struik. Dit is vooral belangrijk voor sterk groeiende scheuten, die met 1-2 cm moeten worden gesnoeid. De knoppen die zich ontwikkelen worden vrijwel onmiddellijk gesnoeid, zodat de plant haar nog kleine krachten niet verspilt aan de bloei.

Vanaf de tweede helft van julilaat de knoppen zich ontwikkelen tot bijna volle bloei.

Voor een goede groei en ontwikkeling moeten rozen regelmatig worden bemest, bewaterd, gesnoeid, de grond losgemaakt en onkruid verwijderd. Zorg ervoor dat u alle worteluitlopers verwijdert die uit de ent van de rozenonderstam komen.

Beginnen met bemesten in het tweede levensjaar van de roos, op bepaalde momenten in de groei van de roos. Voer de struiken de eerste keer in het voorjaar, wanneer de scheuten net beginnen uit te lopen. De tweede bevruchting moet plaatsvinden op het moment dat de knoppen verschijnen. De derde keer dat tuinrozen bemest moeten worden is helemaal aan het einde van de bloei. Een vierde keer bemesten net voordat de takken beginnen uit te harden.

Voor de eerste bemesting wordt gewoonlijk een lichte, door stikstof gedomineerde minerale meststof met sporenelementen gebruikt. Dezelfde meststof moet ook worden gebruikt voor een tweede bemesting. Maar vergeet niet dat het vanaf de tweede helft van juli niet zinvol is om stikstof aan de voedingen toe te voegen. Daarom is een fosfaat-kaliummeststof (bv. NPK) het beste voor de derde en vierde toepassing.

Rozen hebben gedurende het hele groeiseizoen regelmatig water nodig. Maar in periodes van bloei en intensieve groei, en bij warm en droog weer, wordt de hoeveelheid water die voor besproeiing wordt gebruikt met een kwart verhoogd.

Snoeien

Het snoeien, dat meerdere keren per seizoen gebeurt, speelt een belangrijke rol in de rozenteelt. Dit omvat struikvorming, scheutgroei en bloeikwaliteit – grotendeels te danken aan de voorjaarssnoei. Zomersnoei helpt bij het onder controle houden van de bloei (verwijderen van verwelkte bloemen en het zetten van vruchten en zaden). Herfstsnoei bereidt de struiken voor op de winter.

Rozen van verschillende groepen kunnen op verschillende manieren worden gesnoeid. Bij klim- en parkrozen meestal alleen de uiteinden van de takken inkorten, omdat de bloeiende scheuten boven en in het midden van de takken verschijnen. Dit is een variatie op laag snoeien.

Bij remontantrozen wordt matig kort gesnoeid (wanneer er nog 5 tot 7 knoppen aan de takken zitten).

Maar korte (sterke) snoei is het beste bij sommige van de Tea-Hybrid, Miniature, Polyanthus en Floribunda rozen.

Rozen geënt op een rozenbottelplant moeten altijd van de onderstam worden afgeknipt. Dezelfde briar scheuten verschijnen ook op braam rozen.

Overwintering

De winterhardheid van rozen uit verschillende groepen verschilt sterk. En daarom hebben ze verschillende soorten omheiningen nodig voor de winter. Zo hebben bodembedekkers, floribunda- en miniatuurrozen een vrij lichte bedekking nodig. Minder winterharde hybriden en sommige soorten klimrozen in de buitenwijken van Amsterdam hebben meer bedekking nodig.

In het midden van ons land en in noordelijker streken moeten tuinrozen van 15 tot 20 oktober, wanneer de eerste vorst intreedt, worden afgedekt. Verwijder eerst alle groene scheuten en bladeren en snijd dan de houtachtige delen af.

Vóór het maaien worden de struiken besproeid met hetzij Bordeaux-vloeistof (1%), hetzij een oplossing van kopersulfaat (3%). En dan wordt een stevige, stijve structuur van ongeveer een halve meter hoog, die bestand is tegen een zware laag sneeuw, over de plant geplaatst. Vervolgens wordt het bedekt met een speciaal isolatiemateriaal dat geen vocht doorlaat, bedekt met schilden van karton en vervolgens met polyethyleenfolie. Deze luchtdrogende hoes voorkomt dat rozen in de winter te koud en te vochtig worden.