Een pasgeboren baby heeft een brein dat een enorm aantal neuronen bevat, die, als ze niet zijn afgestemd op de juiste neurale verbindingen, onherroepelijk verloren zullen gaan… Eeuwenlang heeft deze aanpassing plaatsgevonden in de natuurlijke omgeving, maar de laatste tijd is er een bedreiging voor kinderen, die de mensheid niet eerder heeft gekend. Een “digitale incarnatie van spel” is het leven van kinderen binnengedrongen, die op geen enkele manier verbonden is met de omgeving en daarom de ontwikkeling van neurale verbindingen niet mogelijk maakt.
Het kind raakt tijdens het spelen voorwerpen aan en voelt eraan, klimt ergens op, klopt op sommige voorwerpen uit zijn omgeving, valt struikelend, springt over het touw of slechts op één been, trapt, enz.. Dit alles verrijkt hen met een onschatbare kinesthetische en tactiele ervaring. Het helpt een gevoel van ruimte te creëren in de hersenen van het kind, hoe meer van deze ervaring hoe beter.
Deze ervaring is nodig voor het oefenen van de pariëtale cortex, het gebied dat ons in staat stelt volume te geven aan het “beeld”. Het “beeld” van de wereld dat de mens ontvangt op het “scherm” van zijn netvlies, dat een plat beeld op ons projecteert…
Dit verzamelt informatie van de visuele cortex en alle gevoeligheid van alle delen van het lichaam. Het resultaat van het verzamelen van deze gegevens via lokale verbindingen is de menselijke perceptie van volume, ruimte en hun relaties.
Dit gevoel is de basisvoorwaarde voor de vorming van abstract denken bij een kind. Toekomstige meetkunde, natuurkunde en algebra voor het kind zijn juist abstract-ruimtelijke disciplines. Dus, door te spelen in de natuurlijke omgeving, vertrouwend op de werkelijkheid, bereidt de zevenjarige zijn hersenen voor op het toekomstige succes van het leren van complexe wetenschappen door zijn pariëtale kwab te ontwikkelen. Als je het “digitale” de tijd laat wegnemen voor echte spelletjes, krijg je een kind met een slecht beoordelingsvermogen, dat alleen in staat is tot de middelmatige herhaling van eenvoudige handelingen en vrijwel verstoken is van creatief denken.
Daarom moeten we kinderen al op zeer jonge leeftijd terugbrengen naar een omgeving met echte spelletjes, zowel speels als logisch. Daar gaat dit artikel over.
Bewegende spelletjes
Er zijn heel wat leuke spelletjes te vinden voor een kind van 7 jaar. Dit omvat de traditionele “achtervolging”, “kiekeboe” en “verstoppertje” met hun willekeurige en verplichte interpretaties. Er zijn anderen, hier zijn er een paar.
“De draak bijt in zijn staart.”
De deelnemers nemen elkaars hand en staan in een “trein”. Op het signaal van de presentator begint degene die het eerst staat – “de drakenkop” – te “jagen” op zijn “staart” – degene die het laatst staat. De “staart” moet proberen te ontwijken. Wanneer deze laatste wordt gevangen, verhuist hij naar het begin van de “trein” en wordt hij de achtervolger van zijn eigen “staart”.
“Het kleurenspel.”
Kinderen worden een cirkel. De leider geeft de opdracht: “Rood, één – twee – drie”!”. Iedereen in de kring probeert snel een ding (een voorwerp, een kledingstuk, een lichaamsdeel) aan te raken op zichzelf of de omringende spelers, van de kleur die door de leider is genoemd. Wie het niet op tijd haalt, wordt uit het spel gehaald. Het team wordt herhaald door de omroeper en de kleur verandert dienovereenkomstig. De winnaar is degene die het laatst in de rij staat.
“Vissersnet.”
Drie of twee spelers houden elkaars hand vast – zij zijn het “net”. Deze spelers moeten zoveel mogelijk “drijvende vissen” vangen – de rest van de spelers rent van hen weg en draait om te voorkomen dat ze gevangen worden. Gevangen in een net, wordt de speler onderdeel van het net en sluit zich aan bij de leider. Naarmate de “vissen” worden gevangen, wordt het net langer.
“Jagers en schutters”
De teams worden verdeeld in een team van “schutters”, die de tijd krijgen om weg te rennen. Een tweede team, de “jagers”, volgt in hun voetsporen. Touwtjespringen, die de spelers – “pijlen” – om de beurt, of misschien vaker, verlaten. Zodra de laatste “pijl” in het spoor is gevonden en door de jagers is gevangen, moeten de teams van plaats wisselen.
“Boven de grond.”
Deelnemers na het tellen, – “een – twee – drie!”De leiders moeten zich verspreiden en zich zo opstellen dat de voeten de grond niet raken. Dit kan door ergens op te zitten, aan een boom te hangen, op een rots te staan, enz.. De taak van de leider is degene te vangen die zich niet kan vasthouden en de grond raakt. Als dit na een bepaalde tijd niet gebeurt, neemt de leider de beginpositie in en veranderen de spelers na de score weer van positie. De positie kan ook willekeurig worden veranderd, terwijl de leider probeert iemand af te werpen.
“De derde man is overbodig geworden.”
De deelnemers staan in een cirkel twee aan twee achter elkaar. De leider haalt een van de vrije spelers in de buitenste cirkel in. Het is verboden de cirkel over te steken. Degene die achtervolgd wordt, mag voor een van de paren gaan staan en dan moet de derde die met zijn rug naar de cirkel staat, wegrennen. Degene die gepakt wordt, wordt de leider.
Spelletjes voor meisjes
Voor meisjes van zeven jaar zouden spelletjes die op alle continenten bekend zijn en vele generaties kennen, zoals touwtje springen, elastiek en klassiekers, heel goed werken. Volwassenen moeten zich hun kindertijd herinneren en hun kind dit soort meisjesachtige activiteiten aanleren. U kunt ook de hieronder beschreven spelletjes spelen.
“Vissersvrouw”
Het spel wordt ook gespeeld met springtouw. De meisjes staan in een cirkel. De leider neemt plaats in het midden van de kring met een “hengel” – dat kan een springtouw zijn of een eenvoudig touw, waaraan een kleine stoffen zak met zaagsel is vastgemaakt. “De visvrouw draait de hengel in een cirkel op een zodanige hoogte dat de andere deelnemers op en neer kunnen springen, waarbij ze moeten oppassen dat ze de hengel niet raken. Wie gepakt wordt, wordt de leider.
“Tien rondes.”
De naam geeft de betekenis van het spel weer. Het toernooi heeft 10 rondes. Het springtouw is een sport. In de eerste ronde moet je op twee benen springen, in de tweede ronde rechts en in de derde ronde links, voorwaarts, achterwaarts, kruislings, een been gooien bij het springen, een loper imiteren op zijn plaats. In het algemeen kan het aantal rondes meer zijn, het hangt allemaal af van de verbeelding en de vaardigheid van de concurrerende meisjes.
Spelletjes voor jongens
Jongens houden van wedstrijden in teamverband – voetbal, hockey, enz.., en individuele vaardigheden, – wedstrijden, worstelen en atletiek elementen. Je kunt ook in teams meedoen. Hier zijn enkele voorbeelden van spelletjes voor jongens van deze leeftijd.
“Laat de gijzelaars vrij”
De spelers zijn verdeeld in tegengestelde teams: bewakers en special forces. Er wordt een cirkel van “zone van speciale controle” getrokken. De geblinddoekte “bewakers” worden langs de omtrek van de lijn geplaatst, en in het midden van de “speciale controlezone” staat een gijzelaar. De taak om hem te bevrijden komt toe aan het SWAT-team, dat tussen de bewakers door naar de “beschermde zone” moet sluipen en de gijzelaar daar weg moet halen. De spelers in het bewakingsteam moeten ongeveer een armlengte uit elkaar staan. Als een lid van de “bewakingseenheid” de “special forces” aanraakt, wordt deze een nieuwe gijzelaar. Na een bepaalde tijd wisselen de teams van plaats.
“Line of Power.”
Er wordt een lijn getrokken in het midden van het speelveld. De deelnemers verdelen zich in twee teams en gaan aan weerszijden van de “krachtlijn” staan. De opdracht: probeer een tegenstander naar je toe te trekken. Wie de lijn overschrijdt, verhuist automatisch naar het andere team en moet aan hun kant vechten.
Logische en educatieve spelletjes
“Wiskunde in beweging
Teamspel. Twee teams, elk lid van beide teams heeft een bord met een getal tussen 0 en 9 erop. Twee stoelen worden op 5-6 meter afstand van elk team geplaatst.
De leider kondigt een eenvoudige rekensom aan, bijvoorbeeld 10 aftrekken van 23. De spelers in het team bedenken snel het juiste antwoord en degenen die de tegels met de overeenkomstige nummers hebben, rennen naar hun stoel en gaan erop zitten zodat de spelers het juiste antwoord – 13 – kunnen lezen.
“Handschrift in de lucht”
Voor het spel zijn pennen (potloden) en schrijfpapier nodig.
De leider “schrijft” woorden in de lucht, de woorden moeten vrij eenvoudig zijn en de letters moeten getypt zijn. De deelnemer die het woord op het potlood raadt, schrijft het op een stuk papier, zonder dat de anderen het zien. Aan het einde van het spel controleert de leider of de opdracht is voltooid en vindt de slimste speler.
“Jonge Sherlock Holmes.”
Attentie spel. Met behulp van een telband wordt de beroemde “detective” aangewezen. Hij moet tegenover de andere deelnemers staan, die een tijdje voor hem blijven staan in verschillende houdingen. De rol van de “detective” is om te onthouden hoe de spelers eruit zagen – hun houdingen, kleding, gezichtsuitdrukkingen… Hierna verlaat hij de kamer. De spelers moeten iets aan hun uiterlijk veranderen, dus de veranderingen moeten 5. Dan wordt de chauffeur gebeld en moet Sherlock Holmes zijn scherpe oplettendheid tonen door alle veranderingen in de spelers te vinden. Als hij een fout maakt, blijft hij rijden “tot hij zijn vaardigheden verbetert”. Als hij alle veranderingen vindt, wordt een nieuwe bestuurder gekozen.
“Speel een sprookje”
De kinderen in het spel verlaten de kamer en slechts één persoon blijft over. Het overblijvende kind kiest een paar bekende zinnen uit een populair sprookje. Hij roept een van de deelnemers op en probeert hem het gekozen plot zonder woorden uit te drukken.
De volgende speler vertelt de persoon die na hem komt wat hij heeft begrepen, ook zonder woorden.. het punt van het spel is dat elke volgende deelnemer alleen de gekozen verhaallijn van de vorige speler ziet. Als het spel voorbij is, praten de spelers in omgekeerde volgorde over wat ze hebben gezien en geprobeerd hebben door te geven. Na afloop van hun verhaal spreekt de eerste speler het deel van het verhaal uit dat hij in zijn “pantomime” speelde.
De kinderen kunnen hun eigen verhaal kiezen of de onderstaande opties gebruiken:
De koning had drie zonen.✅ De oudste was slim, de middelste was niet zo, niet zo. De jongste was een dwaas.
De goede Dr. Aibolit,
Hij zit onder een boom.
Kom naar hem voor behandeling,
De koe en de wolf.
De goede feezwaaide met een toverstokje en Assepoesters vodden werden een prachtige baljurk van goud en zilver, muiltjes werden kristallen muiltjes, een pompoen werd een koets, en muizen een team van knappe grijze paarden.
Een molenaar stierf en had drie zonenen de enige erfenis die hij naliet was een molen, een ezel en een kat. De broers verdeelden hun erfenis: de oudste kreeg de molen, de tweede de ezel en de jongste de kat.
In de loop van haar duizenden jaren heeft de mensheid heel wat spelletjes voor kinderen van zeven jaar uitgevonden. Buiten en binnen, bord- en breinspellen, aandachts- en reactiespellen. Sommige zijn nieuw, maar andere bestaan al sinds onze voorouders. Maar als volwassenen niet de moeite nemen om kinderen te leren hoe ze deze spelletjes moeten spelen, gaat er tijd verloren en hebben kinderen er geen baat bij. ⭐ De toekomst vol leven van een kind ligt volledig in handen van volwassenen – vergeet dat niet!
Dit artikel is gebaseerd op de boeken van T.. Kedrin, P.. Gelazonia “The Big Book of Games and Fun”; N.. Dick’s “Developmental Games for Lessons and Recess”; Compendium van N. Dick en N. Dick. .. Salnikova’s Caleidoscoop van gezinsontspanning; materiaal van de websites en onderwijspraktijken van het personeel van het Solnyshko Kindertehuis RK domsolnyshko.kz/o-nas/o-detskom-dome/
Kun je aanbevelingen geven voor leuke actie- en logica-spelletjes voor kinderen van 7 jaar? Welke spelletjes zijn geschikt voor zowel jongens als meisjes?